Beste pappa,
Er is weer een jaar voorbij en je zou 61 jaar geworden zijn. Vorig jaar een beetje verzaakt je een brief te schrijven, maar ik heb natuurlijk wel aan je gedacht. Weer geen handgeschreven brief, en ik weet dat het je stoort, maar we leven ondertussen in de toekomst en mijn handschrift had nooit de flair als de jouwe. Ik ben uiteindelijk maar gaan schrijven in dezelfde, grote blokletter die jij ook had gebruikt toen je met viltstift nauwkeurig mijn naam schreef op die langwerpig, bruin leren tas die ik had toen ik nog heel jong was. Conclusie; geen handgeschreven brief.
Belangrijke dingen eerst; we zijn beland in een nieuwe science fiction renaissance zoals die één keer per decennium langs komt. Zoveel goede boeken en films dat ik ze niet allemaal op kan noemen. Met de opkomst van de zogenaamde “long form” televisie shows, waar jij eind jaren 80 al een groot voorstander van was, zijn de mogelijkheden nog veel indrukwekkender geworden.
Ondanks dat je wel een uitzondering wilde maken voor Tolkien was je geen grote fan van fantasie boeken. Ik wel en gelukkig wilde je maar wat graag samen met mij naar de films in de bioscoop. De Hobbit is nu ook in delen te zien in de bios en ik mis je aanwezigheid enorm. Die dromerige blik af en toe afgewisseld met zo’n blik van waardering die verraadt dat je toch wel verdomd onder de indruk bent van de beeld kwaliteit van tegenwoordig. Ik ben benieuwd of je Game of Thrones had gewaardeerd. Ik denk het haast wel. Als je er nog was geweest had ik je er alles over verteld en had ik je de boeken cadeau (oude spelling) gegeven.
Ik ben vorig jaar erg ziek geweest (zo wordt me verteld door anderen.) Ik had een bloedprop in mijn kuit die is gaan zwerven door mijn bloedbaan en die welgeteld veertien aderen in alle twee mijn longen blokkeerde. Schijnt erg dodelijk te kunnen zijn dus ik heb geluk gehad.
Als gevolg moest ik aan bloedverdunners en mocht ik niet meer trainen. Ik heb maanden op de bank moeten zitten en was als de dood dat ik (nog veel) zwaarder zou worden. Ik kan me nog zo goed herinneren wat je vlak voor je dood mij vertelde; “een jongen van jouw leeftijd hoort niet zo zwaar te zijn.” Ik ben gaan rennen en ben ondertussen 14 of 15 kg kwijt. Nu mag ik weer trainen maar ren nog steeds regelmatig. Ik ben nu gezonder dat ik in jaren geweest ben.
Nu ik er zo op terug kijk heb ik een structurele wijziging aangebracht in mijn leven op dezelfde manier waarop jij dat ook af en toe gedaan hebt. Ik moet vaak eraan denken hoe je je leven zo om kon gooien van het ene op het andere moment. Ik heb je op je meest ongezonde momenten gezien, maar ik kan me er weinig van herinneren omdat ik nog zo jong was. Af en toe, wanneer ik geconfronteerd wordt met foto’s van je uit die periode komt het wel erg hard aan hoe slecht je er toen aan toe was. Ik denk liever terug aan de periodes erna, toen je gezonder was, met een beter lichaamsgewicht, een zon-gebruinde huid en die helblauwe ogen van je.
Ik doe mijn best om een goeie jongen te zijn. Weet je nog toen we in het park waren een paar jaar voor je dood ging, toen we het hadden over de verleiding van vernietiging? Over de drang naar het leven en de drang naar de dood, over de eeuwige zwaai tussen die twee en hoe dat leidt tot de overgave aan dansen, drinken, pillen slikken en zoenen met de verkeerde meiden, om vervolgens de volgende dag je af te vragen wat je bezielde en het voor eeuwig af te zweren. Drang naar de vergetelheid, afgewisseld door de drang naar soberheid. Ik weet nog goed dat ik je toen niet goed kon volgen. Ik begreep wat je vertelde, over hoe je af en toe je overgaf aan de destructieve drang om vervolgens je tijdenlang over te geven aan constructieve drang, en dat je heel lang die twee tegelijk hebt proberen vast te houden, door onder heel veel invloed heel veel mooie dingen te maken, maar ik voelde niet hoe je in die situatie kon belanden. De laatste tijd heb ik daar veel meer begrip voor. Af en toe wil ik alleen maar slechte dingen doen, dingen waar ik van te voren al van weet dat ik er spijt van zal hebben. Moulsari zegt af en toe dat ze niet altijd zo haar best wil doen om goed te zijn, en ik begrijp dat heel goed.
Wat was dat toch een mooie dag. Met lauwe cola voor mij, lauw bier voor jou, slecht barbecue voedsel, omringt door de hippies van het park. Ik vind het nog altijd jammer dat ik uiteindelijk ben weggegaan. Jij hebt in het park geslapen, maar ik wilde een bed. Jij vond mij laf. Ik eigenlijk ook. Ik moet er nog steeds om lachen als ik er aan terug denk. Het lijkt wel een droom.
Ik vond laatst je vlindermes weer terug. Die wilde ik vroeger zo graag hebben. Ik heb een collectie van vier of vijf vlindermessen en de jouwe is echt het aller goorst en lelijkst. Ik moet altijd denken aan de keer dat ik je emotioneel probeerde te chanteren om mij dat mes te geven omdat je me nooit verteld had dat één van je vrienden in mijn kinderkamer was overleden aan een overdosis. Misschien had het beter gewerkt als het niet tien jaar na dato was.
Anyway, ik denk nog elke dag aan je. Ik hou van je.
Dennis